Tijdens de gemeenteraad heeft onze fractieleider Immanuel De Reuse het Meerjarenplan 2026–2031 van de meerderheid (CD&V – Vooruit – Lokaal Liberaal) grondig ontleed. Ondanks het vele en goede werk van de stadsdiensten, blijft de conclusie duidelijk: dit plan biedt geen antwoord op de structurele uitdagingen waar Roeselare vandaag voor staat.
Het Vlaams Belang keurt dit meerjarenplan dan ook niet goed. Het document mist financiële robuustheid, duidelijke prioriteiten en vooral de moed om fundamentele beleidskeuzes bij te sturen. Wat wordt voorgesteld is een plan op het scherp van de snee, dat uitgaat van het meest gunstige scenario en de factuur doorschuift naar morgen.
“Dit meerjarenplan loodst Roeselare niet veilig door de toekomst, maar laat onze stad balanceren op een financieel en maatschappelijk slappe koord.”
Rust, Samen en Lef: een slogan zonder inhoudelijke correctie
De meerderheid verpakt haar beleid in de slogan Rust, Samen en Lef. Mooie woorden, maar ze verhullen vooral dat net die rust, samenhang en draagkracht vandaag ontbreekt.
- Rust: Roeselare groeit te snel en zonder duidelijke rem. Wie een centrumstad wil worden zonder grenzen te stellen, krijgt ook de grootstedelijke problemen: onveiligheid, druk op wonen, stijgende OCMW-kosten en verkeersverzadiging. Dat is geen doemdenken, maar dagelijkse realiteit voor steeds meer inwoners.
- Samen: Samenleven wordt te vaak herleid tot een eenrichtingsverhaal van rechten zonder plichten. De stad investeert en begeleidt, maar wederkerigheid, handhaving en duidelijke verwachtingen blijven onderbelicht.
- Lef: Echt lef is niet blind verder groeien, maar durven erkennen dat eerdere keuzes negatieve gevolgen hadden – en die eerst corrigeren vóór men verder opschaalt.
Vervreemding en samenleven: het debat wordt ontweken
Steeds meer Roeselarenaars herkennen hun stad niet meer! Buurten veranderen snel, gedeelde normen verdwijnen en het samenleven komt onder druk te staan. Toch durft dit meerjarenplan die problematiek niet benoemen.
Men spreekt over diversiteit en inclusie, maar vermijdt het debat over draagkracht, grenzen en verwachtingen. Dat heeft niet alleen maatschappelijke, maar ook financiële gevolgen: hogere kosten voor politie, OCMW, onderwijs en preventie. In dat licht uit het Vlaams Belang ook grote bezorgdheid over de mogelijke komst van een supermoskee in Krottegem, die de draagkracht en leefbaarheid van een al kwetsbare wijk verder dreigt te ondermijnen.
Veiligheid: middelen zonder scherpte
Extra middelen voor politie en brandweer zijn positief, maar veiligheid vraagt meer dan budgetten alleen. Wat telt, is wat inwoners effectief ervaren op straat en in hun wijk. Zichtbaar blauw op straat en aanspreekbare wijkagenten zijn daarom een absolute must!
Zonder een consequente focus op zichtbare handhaving, duidelijke normen en kordate aanpak van overlast en criminaliteit, blijft het veiligheidsgevoel verder afkalven. Voor het Vlaams Belang blijft veiligheid de absolute kerntaak van een stadsbestuur.
Een financieel kader zonder echte buffer
Het financiële fundament van dit meerjarenplan is bijzonder kwetsbaar. De meerderheid verwijst graag naar een positieve autofinancieringsmarge, maar die bedraagt op het einde van de legislatuur amper 1,7 miljoen euro op een jaarlijks budget van honderden miljoenen.
Dat is geen buffer, maar een minimale veiligheidsmarge. Eén externe schok – stijgende rente, nieuwe federale of Vlaamse verplichtingen, economische onzekerheid – volstaat om het evenwicht te doen kantelen. Bovendien blijft de gecorrigeerde autofinancieringsmarge negatief, wat betekent dat de stad haar investeringen structureel niet zelf kan dragen en afhankelijk blijft van nieuwe leningen die de schuldenberg alleen maar groter maken.
Schulden en rentelasten: een hypotheek op morgen
De stadsschuld wordt niet afgebouwd, maar stijgt verder richting 280 miljoen euro tegen 2030. Tegelijk lopen de jaarlijkse rentelasten op van ongeveer 5 miljoen naar meer dan 8 miljoen euro. Elke euro die naar intresten gaat, kan niet meer worden geïnvesteerd in veiligheid, infrastructuur of dienstverlening. Daarbovenop vergroot het gebruik van nieuwe leningen en commercial paper de kwetsbaarheid van de stad bij rentestijgingen. Dit is geen voorzichtig beleid, maar financieel koorddansen. De rekening is voor onze kinderen en kleinkinderen.
Investeringen: uitstel is geen besparing
Hoewel het plan nog 125 miljoen euro aan investeringen voorziet, is dat ongeveer 80 miljoen euro minder dan in de vorige legislatuur. Vooral investeringen in patrimonium, wegen en terreinen worden uitgesteld of doorgeschoven. Uitgesteld onderhoud is echter geen besparing, maar een factuur voor later. Achterstallige herstellingen komen altijd terug, vaak duurder en dringender. Toch voorziet dit plan nauwelijks buffers voor onvoorziene problemen. Ook het erfgoedbudget is mager, wat moeilijk te rijmen valt met de verantwoordelijkheid van Roeselare als erfgoedstad.
Mobiliteit: veel studies, weinig duidelijkheid
Het mobiliteitsbeleid blijft een zorgenkind. Opnieuw worden aanzienlijke middelen uitgetrokken voor studies: meer dan een half miljoen euro voor het centrum en bijna één miljoen euro (!) voor Rumbeke. Na jaren van plannen en hertekenen mogen inwoners eindelijk duidelijke keuzes en concrete resultaten verwachten. Roeselare mag geen proefterrein blijven voor halfslachtige mobiliteitsexperimenten of ideologische afkeer van de wagen. Bereikbaarheid en verkeersveiligheid moeten primeren.
Personeel: stille groei ondanks beloftes
Hoewel gesproken wordt over natuurlijke afvloeiingen, stijgen de bruto personeelsuitgaven van 77,1 miljoen euro in 2026 naar 85,4 miljoen euro in 2031. Dat is een structurele meerkost van ongeveer 8 miljoen euro per jaar. Daarnaast krijgen stedelijke satellieten zoals ARhus en De Spil extra taken, zonder een duidelijke strategie voor efficiëntie of financiële zelfredzaamheid. Opvallend is ook de controversiële verdere uitbreiding van het politieke kabinet, terwijl van de diensten steeds meer besparingsdiscipline wordt verwacht.
OCMW en welzijn: een blinde vlek
De sociale druk in Roeselare neemt toe: meer leefloners, complexere dossiers en bijkomende instroom door federale maatregelen. Toch blijft het meerjarenplan hierover vaag en onvolledig. Er zijn geen duidelijke scenario’s, geen concrete personeelsramingen en weinig transparantie over de impact op middellange termijn. Het Vlaams Belang pleit ervoor om de commissie Mens expliciet te gebruiken voor heldere cijfers, beleidskeuzes en controle, zodat de OCMW-raad haar rol ten volle kan opnemen.
Besluit: geen goedkeuring voor een plan zonder koerswijziging
Het Meerjarenplan 2026–2031 mist de noodzakelijke keuzes om Roeselare weerbaar, veilig en financieel gezond te maken. Het schuift problemen vooruit in plaats van ze aan te pakken en rekent te sterk op gunstige omstandigheden. Dit is een mager plan en vooral een wensenlijstje gebaseerd op financieel drijfzand.
Het Vlaams Belang kiest voor verantwoordelijkheid, duidelijkheid en toekomstgericht beleid. Daarom keuren wij dit meerjarenplan niet goed!